Advies van de deltacommissaris benoemt mogelijke gevolgen voor toekomstige woningbouwplannen

Om de woningnood te verminderen, wil het nieuwe kabinet 100.000 nieuwbouwwoningen per jaar gaan bouwen, zo staat duidelijk in het regeerakkoord omschreven. Een deel van deze woningen staat gepland in zogenaamde ‘risicogebieden’, oftewel: laaggelegen plekken die door weersextremen, zoals extreme neerslag, onderwater kunnen komen te staan. De inschatting is dat ongeveer 820.000 woningen gepland staan in risicogebieden. Hoe adviseert de deltacommissaris hiermee om te gaan? En wat is de reactie hierop van kersverse minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening?

 Wat doet de deltacommissaris?
In 2007 werd een deltacommissie ingesteld om advies te geven over de waterveiligheid en zoetwatervoorzieningen in Nederland. Het advies werd uiteindelijk overgenomen door het kabinet en omgevormd tot het nationale Deltaprogramma. Dit programma beoogt Nederland in 2050 klimaatbestendig te maken. Het programma is gericht op de waterveiligheid, zoetwatervoorziening en de ruimtelijke inrichting van het land. De deltacommissaris is aangesteld om dit programma te begeleiden en om adviezen uit te brengen aan bewindspersonen. Daarnaast dient hij ervoor te zorgen dat er voldoende draagvlak is voor het Deltaprogramma. De huidige deltacommissaris heeft onlangs, op 3 december 2021, een advies uitgebracht waarbij hij ingaat op de gevolgen van klimaatverandering, en hoe dit de woningbouw in Nederland beïnvloedt. De bevindingen die hij in dit advies heeft opgesteld, worden hieronder besproken.

Wat zijn de effecten van klimaatverandering volgens de deltacommissaris?
De deltacommissaris wijst bepaalde klimaateffecten aan die de woningbouwplannen in gevaar kunnen brengen. De eerste is wateroverlast. Extreme neerslag zorgt voor wateroverlast en schade aan gebouwen en voorzieningen. Denk hierbij aan het overschrijden van de rioolcapaciteit, wat kan zorgen voor lokaal wateroverlast. Een ander gevaar is de kans op overstromingen. Deze term wordt voornamelijk gebruikt als het gaat om waterproblemen die ontstaan als dijken en duinen doorbreken, of bij risicovolle waterpeilniveaus rondom rivieren zoals de Maas en de Waal. Het verschil met wateroverlast is dat dit laatste voornamelijk aangehaald wordt bij cruciale (lokale) situaties, waarbij het gevolg is dat het water niet snel genoeg de grond in kan trekken, zoals bij hevige regenval. Een ander effect van klimaatverandering is droogte. Droogte leidt tot watertekorten, voornamelijk in stedelijke gebieden. Ook in lage delen van Nederland kan het uitzakken van grondwaterstanden negatieve effecten hebben. Dit zorgt voor verdroging van hoger liggende omgevingen en trekt zout grondwater aan. Uiteindelijk resulteert dit in uitzakking van waterpeilingen, wat instabiele funderingen en ernstige bodemdalingen tot gevolg heeft. Klimaatverandering zorgt ook voor een verhoogde temperatuur, wat resulteert in hitte. Vanwege beperkte hoeveelheid groen, het verharde oppervlak en aanwezigheid van hoogbouw kan dit resulteren in verhoging van de gevoelstemperatuur tot ca. 10 graden Celsius (in stedelijk gebied), met zogenoemde ‘hittestress’ als gevolg. Tenslotte merkt de deltacommissaris bodemdaling aan als een gevaar voor de woningbouw. Nederland bestaat voornamelijk uit slappe of zettingsgevoelige bodems. Deze bieden geen vruchtbare ondergrond met een hoge draagkracht. Indien er sprake is van inklinking, waarbij de hoeveelheid water in de grond krimpt, heeft dit zelfs tot gevolg dat de grond meerdere decimeters kan zakken.

Hoe luidt het advies van de deltacommissaris?
Klimaatverandering heeft dus een aantal belangrijke effecten op de plannen voor nieuwbouw van woningen. Welke maatregelen beveelt de deltacommissaris aan om deze negatieve effecten zoveel mogelijk te beperken?
  • Allereerst speelt klimaatadaptief bouwen hierbij een essentiële rol. Dit houdt in dat ontwikkelaars bij de bouw van projecten anticiperen op de eventuele toekomstige schade van klimaatverandering. Wil je meer weten over klimaatadaptatie, lees dan ook onze blogreeks.
  • De commissaris adviseert ten tweede om te kijken naar een herindeling van de verstedelijking van Nederland. Ongeveer twee derde van de beoogde woningopbouw staat momenteel gepland in de omgeving van de Randstad. Hierdoor ontstaat er een concentratie van woningbouw, werkgelegenheid en andere investeringen in die omgeving. Terwijl deze gebieden juist een risicogebied zijn als we praten over de zeespiegelstijging.
  • Ten derde merkt de deltacommissaris op dat we, gelet op de (versnelde) stijging van de zeespiegel, in Nederland er rekening mee moeten houden dat er voor bepaalde essentiële projecten ruimte wordt vrijgehouden. Denk hierbij aan uitdijing van rivieren, ruimte voor versterkingen van de waterkeringen of tijdelijke ruimten om rivierwater te bergen. Dit alles om alle benodigde ruimte voor het watersysteemniveau te reserveren.
  • Als laatst benadrukt de commissaris dat klimaatadaptatie een kwestie is van ambities stellen op lokaal niveau. Lokale bestuursorganen moeten de benodigde flexibiliteit en aanpasbaarheid van ontwerpen bieden, om ook ná 2050 aanpassingen te maken indien klimaatverandering dit vergt.

Wat zijn de kosten van de te treffen maatregelen?
Het uitvoeren van bovenstaande maatregelen zorgt voor een financiële last, die voor een deel terugkomt op het bordje van particulieren en bedrijven. Bijvoorbeeld door de kosten van klimaatadaptief bouwen door te berekenen in de prijs van een huis. Hoewel de commissaris spreekt van een positief kosten-baten verhouding bij klimaatadaptief bouwen, durft hij over de andere maatregelen geen definitieve uitspraken te doen. Dit wil echter niet zeggen dat de maatregelen niet efficiënt of niet nuttig kunnen zijn. Als de voorgestelde maatregelen te laat worden ingezet, kan dit juist een zwaardere financiële last betekenen. In dat geval is voorkomen beter dan genezen.

Hoe reageert de minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening hierop?
Minister de Jonge heeft op 28 januari jl. antwoord gegeven op vragen gesteld door een Tweede Kamerlid, omtrent het advies van de deltacommissaris . Hierbij erkent de minister de risico’s die klimaatverandering met zich meebrengt. Hij benadrukt echter ook dat er sprake is van een zéér krappe woningmarkt, wat zorgt voor spanning tussen de ambities van het aantal woningen en klimaatadaptatie. In de eerste helft van 2022 wordt er namens het ministerie een ‘Nationaal Actieprogramma Klimaatadaptatie gebouwde omgeving’ naar de Tweede Kamer gestuurd. In dit Actieprogramma verwerkt het ministerie in samenwerking met IenW (Infrastructuur en Waterstaat) en LNV (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) een nationale maatlat om te definiëren wat verstaan wordt onder klimaatadaptief bouwen. Deze maatlat omvat de thema’s hitte, wateroverlast en overstroming, droogte, klimaatbestendig en biodiversiteit. Een uitgebreide reactie op het advies van de deltacommissaris volgt in het eerste kwartaal van 2022. Hierbij wordt uitgebreider ingegaan op de woningbouwontwikkeling in het licht van de adviezen die zijn uitgebracht door de deltacommissaris.

Ter afsluiting
Gelet op het advies van de deltacommissaris heeft Nederland zich beter en efficiënter voor te bereiden op de negatieve effecten van klimaatverandering. Anders kunnen zich onomkeerbare gevolgen voordoen voor de huidige en toekomstige bebouwde omgeving. Indien er geen maatregelen worden getroffen, komen de woningen zoals die nu gepland staan in het gedrang. Er moeten slimme oplossingen komen om te voorkomen dat huizen over enkele tientallen jaren letterlijk onder water komen te staan.

Interessant artikel?

Deel op facebook
Deel op Twitter
Deel op Linkdin
Deel via mail

Gerelateerde berichten

Catch Legal