Fijne leefomgeving met milieuzonering (II): gemengd gebied of niet

Deze driedelige blogreeks staat in het teken van milieuzonering. Dit is een ruimtelijk instrument waarmee de gemeente zowel een fijne woon- en leefomgeving creëert, als de milieuruimte van bedrijven beschermt. Milieuzonering is dus belangrijk voor iedereen: de overheid, bedrijven én particulieren. Een uitstekende reden om onze kennis hierover te delen!  

In onze vorige bijdrage in de blogreeks milieuzonering is inzichtelijk gemaakt wat het doel van milieuzonering is en welke afstanden de gemeenteraad kan hanteren. Wij vermeldden daarbij dat de afstand afhankelijk is van het type gebied: een rustige woonwijk of een gemengd gebied. In dit tweede deel van onze blogreeks gaan wij uitgebreid in op deze twee omgevingstypen. Wanneer is sprake van een rustige woonwijk en wanneer van een gemengd gebied? U leest het hier.

Reden voor het onderscheid naar omgevingstype
In de handreiking ‘Milieuzonering en bedrijven’ van de Vereniging voor Nederlandse Gemeenten (VNG) is een tabel opgenomen met de richtafstanden per milieucategorie voor het omgevingstype rustige woonwijk (en rustig buitengebied). In diezelfde handreiking staat vermeld dat de richtafstand kan worden verkleind met één afstandsstap, als de omgeving wordt aangemerkt als gemengd gebied.

In een gemengd gebied zijn vaak verschillende bestemmingen toegestaan, en niet alleen woonbestemmingen met een enkele bedrijfsbestemming. De milieubelastende functies die daar aanwezig zijn veroorzaken al enige mate van overlast. Het realiseren van nóg een milieubelastende functie in zo’n gebied is daarom mogelijk, zonder dat het woon- en leefklimaat wordt aangetast.

Een verkleining van de richtafstand kan, zoals in onderstaande afbeelding inzichtelijk is gemaakt, bepalend zijn voor de locatie van een woningbouwproject of (agrarisch) bedrijf. De kwalificatie van het omgevingstype is daardoor belangrijk.
Aan de hand van rechtspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) bespreken wij in welke situaties sprake is van een rustige woonwijk en in welke gevallen aanwijzingen bestaan voor het omgevingstype gemengd gebied.
 
Zo ziet een rustige woonwijk eruit
De Afdeling oordeelt dat sprake is van een rustige woonwijk, in het geval bedrijfsmatige activiteiten in de omgeving ontbreken (ECLI:NL:RVS:2018:117). Deze uitspraak ziet op het volgende gebied binnen het bestemmingsplan ‘Heusden Buitengebied’:
Op deze afdruk van ruimtelijkeplannen.nl is te zien dat de omgeving vooral ruimte biedt voor woonfuncties (geel). Alleen de gronden ter plaatse van de kerk hebben de bestemming ‘Gemengd’ (oranje). De gronden ter plaatse van de begraafplaats hebben de bestemming ‘Maatschappelijk’ (lichtbruin). Bedrijfsmatige activiteiten zoals detailhandel, horeca, kantoren en kleinschalige dienstverlening zijn niet planologisch toegestaan. De gemeenteraad heeft daarom onterecht het uitgangspunt genomen dat sprake is van een gemengd gebied, aldus de Afdeling.

In een andere uitspraak overweegt de Afdeling opnieuw dat geen sprake is van een gemengd gebied. Hoewel de aanwezigheid van een provinciale weg wel aanwijzing kan zijn voor een gemengd gebied, is dit niet altijd voldoende (ECLI:NL:RVS:2016:2690). De horecagelegenheid (in dit geval: een ijssalon) die centraal staat in deze procedure ligt in een woonomgeving, waar vrijwel geen andere functies voorkomen. Daarbij komt dat de provinciale weg N595 op 50 meter afstand van het plangebied ligt, wat de Afdeling kennelijke een grote afstand vindt. Rondom de horecagelegenheid moet de gemeente daarom rekening houden met de richtafstand die geldt voor een rustige woonwijk.

Indicaties voor een gemengd gebied
Een gemengd gebied is een gebied met een matige tot sterke functiemenging. De VNG-handreiking geeft verschillende indicaties voor een gemengd gebied, zoals het bestaan van andere functies (bijvoorbeeld winkels, horeca en bedrijven) direct naast woningen. Ook lintbebouwing in het buitengebied met overwegend agrarische en andere bedrijvigheid kan als gemengd gebied worden beschouwd. Gebieden die direct langs de hoofdinfrastructuur liggen behoren eveneens tot het omgevingstype gemengd gebied. In het laatstgenoemde geval kan de verhoogde milieubelasting voor geluid een kleinere richtafstand rechtvaardigen.

Wij zetten hieronder een aantal uitspraken op een rij waarin de Afdeling toepassing geeft aan de indicaties voor het omgevingstype gemengd gebied.

Te beginnen met een Afdelingsuitspraak waarin het plangebied gelegen is in een omgeving met verschillende functies (ECLI:NL:RVS:2021:2488). Het plangebied van wijzigingsplan ‘Casembrootlaan kavel 9 te Poeldijk’ (zie de afdruk van ruimtelijkeplannen.nl) maakt onderdeel uit van een strook met veertien kavels met een woonbestemming (geel).
Afbeelding 3
Op ongeveer 40 meter afstand van het plangebied is glastuinbouw gevestigd (lichtgroen) en op 30 meter afstand van het plangebied ligt één van de hoofdtoegangswegen voor het glastuinbouwgebied (grijs). Verder ligt ten zuiden van het plangebied een recreatiebedrijf (paars). Volgens de Afdeling is in een dergelijke omgeving sprake van een gemengd gebied. Dat tussen de glastuinbouwbedrijven en de woonbestemmingen water ligt (blauw) maakt dit niet anders. De watergang is op een aantal plaatsen namelijk maar acht meter breed, of er ligt zelfs helemaal geen water tussen de woningen en bedrijven. Dit is te zien op onderstaande foto (Google Maps Streetview, september 2009).
In een recente uitspraak overweegt de Afdeling dat niet de afstand van de woningen tot het bedrijf (in dit geval: een autocentrum), maar het bestaande karakter van de omgeving bepalend is voor de typering van het plangebied (ECLI:NL:RVS:2021:1607). De Afdeling kijkt hierbij naar de feitelijke en planologische situatie. In deze uitspraak zijn nabij de woningen ook andere bedrijven aanwezig en ligt het plangebied in een binnenstedelijke omgeving. Rondom het plangebied gelden de bestemmingen ‘Wonen’, ‘Bedrijf’, ‘Horeca’ en ‘Maatschappelijk’. Op basis van deze gegevens komt de Afdeling tot de conclusie dat sprake is van een gemengd gebied. De Afdeling heeft de afstanden tussen de verschillende functies niet beoordeeld. Uit ons onderzoek via ruimtelijkeplannen.nl blijkt dat de afstand van de voorziene woningen tot de bestemmingen ‘Maatschappelijk’, ‘Horeca’ en ‘Bedrijf’, respectievelijk 20 meter, 50 meter en 10 meter is.

Tot slot een voorbeeld uit de rechtspraak over bebouwing langs wegen, wat ook wel lintbebouwing wordt genoemd (ECLI:NL:RVS:2020:1408). Het bestemmingsplan ‘Woningbouw Hoeksekade Noord, deellocatie B’ (zie de afdruk van ruimtelijkeplannen.nl) maakt de bouw van woningen planologisch mogelijk (geel).
Afbeelding5


De Afdeling oordeelt dat het plangebied is gelegen in een gemengd gebied. In de nabije omgeving bevinden zich namelijk ook diverse bedrijven (paars) en sportvelden (donkergroen). Het bestemmingsplan grenst daarnaast ook aan een doorgaande weg (grijs), aan het einde van de lintbebouwing. De nabijheid van infrastructuur en de aanwezigheid van verschillende functies zorgt er dus voor dat sprake is van een gemengd gebied.

Belang voor de praktijk

De richtafstanden van de VNG zijn geen harde norm. De gemeenteraad, een initiatiefnemer of een burger kan dus niet blind varen op de afstanden die volgens de VNG-handreiking gelden voor een rustige woonwijk of voor een gemengd gebied. Toch kan aan de hand van het omgevingstype de keuze voor een bepaalde afstand worden onderbouwd. Het belang voor de praktijk van het bepalen van het omgevingstype, is daarin gelegen.

Deel 1 en deel 2 van de blogreeks milieuzonering zijn geschreven op basis van het huidig recht. In de laatste bijdrage gaan wij in op milieuzonering onder de Omgevingswet, die op het moment van schrijven op 1 januari 2023 in werking zal treden.

Catch Legal, Merel Brinkman.

Heeft u nog meer vragen over milieuzonering? Houd dan onze website goed in de gaten voor de volgende bijdrage in deze blogreeks, of neem contact op met een van onze juristen.

Interessant artikel?

Deel op facebook
Deel op Twitter
Deel op Linkdin
Deel via mail

Gerelateerde berichten

Catch Legal