De Crisis- en herstelwet van toepassing? Let op juiste vermelding in kennisgeving van besluit!

Sommige uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: Afdeling) zijn direct relevant voor de omgevingsrechtelijke praktijk. Zo ook de uitspraak van 22 april 2020 (ECLI:NL:RVS:2020:1129), waarin de Afdeling duidelijk vermeldt welke eisen worden gesteld aan de kennisgeving van besluiten waarop de Crisis- en herstelwet van toepassing is. In het kort oordeelt de Afdeling dat de toepasselijkheid van de Crisis- en herstelwet in het besluit zelf (vaststellingsbesluit) én in de bekendmaking of mededeling van het besluit (kennisgeving) moet worden vermeld. Bovendien geldt een aantal eisen waaraan de kennisgeving moet voldoen.

Wat zegt de wet?

De Crisis- en herstelwet (hierna: Chw) is onder meer van toepassing op besluiten ter verwezenlijking van aangewezen ruimtelijke en infrastructurele projecten (bijlage II bij de Chw) en op andere categorieën van projecten (bijlage I bij de Chw). De categorieën van projecten uit bijlage I bestaan bijvoorbeeld uit de bouw van meer dan 11 woningen, de aanleg of wijziging van hoofdwegen en de aanleg van installaties ten behoeve van duurzame energie. Voor de procedure die van toepassing is op de besluiten ter verwezenlijking van de genoemde projecten gelden de procedurele versnellingen die zijn opgenomen in afdeling 2 van hoofdstuk 1 van de Chw. Uit die afdeling volgt onder meer dat het niet mogelijk is om een pro forma beroepschrift in te dienen (wat wel gebruikelijk is in de praktijk), dat de beroepsgronden na afloop van de beroepstermijn niet meer kunnen worden aangevuld en dat de bestuursrechter binnen zes maanden na afloop van de beroepstermijn uitspraak doet.

Het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet (hierna: BuChw) stelt in artikel 11, eerste lid, dat indien afdeling 2 van hoofdstuk 1 van de Chw op een besluit van toepassing is, dit bij het besluit en bij de bekendmaking of mededeling van het besluit wordt vermeld.

Artikel 11, tweede lid, van het BuChw bepaalt dat indien tegen het besluit beroep openstaat, bij het besluit en bij de bekendmaking of mededeling van het besluit ook wordt vermeld dat:

  1. de beroepsgronden in het beroepschrift worden opgenomen;
  2. het beroep niet-ontvankelijk wordt verklaard, indien binnen de beroepstermijn geen gronden zijn ingediend, en
  3. deze na afloop van de beroepstermijn niet meer kunnen worden aangevuld.

 

Wat zegt de Afdeling?

Uit de uitspraak van 22 april 2020 volgt dat de vermelding van de toepasselijkheid van de Chw in het besluit en in de bekendmaking of mededeling (kennisgeving) van het besluit cumulatieve vereisten zijn. Bovendien kan het bestuursorgaan in de kennisgeving niet volstaan met de vermelding dat de Chw van toepassing is en dat dit onder meer betekent dat bijzondere procedurele bepalingen van toepassing zijn, zonder te vermelden wat daarvan de gevolgen zijn. Alle onderdelen van artikel 11, tweede lid, van het BuChw moeten worden vermeld in de kennisgeving van het besluit.

 

In de uitspraak van 31 oktober 2012 (ECLI:NL:RVS:2012:BY1743) was de situatie aan de orde dat de toepasselijkheid van de Chw niet in het besluit, maar wel in de kennisgeving van het besluit was vermeld. Door appellant werd aangevoerd dat niet was voldaan aan de vereisten uit artikel 11 van het BuChw en dat dit gebrek tot vernietiging van het besluit moet leiden. De Afdeling heeft dit gebrek echter gepasseerd met artikel 1.5 van de Chw (nu artikel 6:22 van de Algemene wet bestuursrecht), aangezien niet aannemelijk is dat belanghebbenden door dit gebrek zijn benadeeld.

In de hier besproken uitspraak van 22 april 2020 ging het om een andere situatie. In het besluit was de toepasselijkheid van de Chw niet vermeld. In de kennisgeving van dit besluit was de toepasselijkheid van de Chw wél vermeld, maar niet wat de bijzondere procedurele bepalingen inhouden.

Appellanten hebben een beroepsgrond niet binnen de beroepstermijn ingediend. Omdat sprake was van een wijzigingsbesluit hangende een beroepsprocedure was het beroep van appellanten van rechtswege mede gericht tegen het wijzigingsbesluit. Appellanten hadden binnen de beroepstermijn van het wijzigingsbesluit deze beroepsgrond wel tijdig ingediend, waardoor de beroepsgrond van appellanten inhoudelijk kon worden behandeld.

 

En wat betekent dit voor de praktijk?

De uitspraak van de Afdeling verduidelijkt dat in een kennisgeving van een besluit waarop de procedurele bepalingen van de Chw van toepassing zijn, niet alleen vermeld moet worden dat de Chw van toepassing is, maar ook dat (a) alle beroepsgronden in het beroepschrift moeten worden opgenomen, (b) het beroep niet-ontvankelijk wordt verklaard, indien binnen de beroepstermijn geen gronden zijn ingediend, en (c) de beroepsgronden na afloop van de beroepstermijn niet meer kunnen worden aangevuld. Indien de vermelding van de toepassing van de Chw en de gevolgen hiervan onvolledig is, kan dit als gevolg hebben dat de procedurele versnellingen van de Chw toch niet kunnen worden benut.

Meer weten over de toepassing van de Crisis- en herstelwet? Neem contact op met een van onze bestuursrechtjuristen.

 

Interessant artikel?

Deel op facebook
Deel op Twitter
Deel op Linkdin
Deel via mail

Gerelateerde berichten

Catch Legal